Zweden: minder strenge lockdown heeft minder zware economische gevolgen

Nu een toenemend aantal landen begint terug te keren naar het normale niveau, is april de maand waarin de verschillende lockdownmaatregelen de grootste impact zullen gehad hebben op de economie. De PMI1 indices, als eerste beschikbare economische indicatoren, tonen zeer steile dalingen in landen die strenge lockdowns hebben opgelegd. De samengestelde PMI van de eurozone is gedaald tot 13,6, een zeer laag cijfer, en ook de samengestelde PMI van Zweden is sterk gedaald, maar slechts tot 38,3.

Onze analyse

Zweden heeft een totaal andere strategie gevolgd dan andere landen door scholen en veel bedrijven open te laten blijven. In de afgelopen weken heeft de Blavatnik School of Government van de Universiteit van Oxford een Stringency Index gepubliceerd die de strengheid van de lockdown maatregelen van verschillende landen volgt. De index is berekend op basis van verschillende indicatoren (sluitingen van scholen, kantoren en winkels, annuleringen van evenementen, regels voor verblijf in huis en bewegingsbeperkingen) en meet de strengheid van 0 tot 100. In april bedroeg het gemiddelde 45 in Zweden tegenover 86 in de eurozone. Ter vergelijking: China scoorde in februari en maart 60 en in april 49 .

Hoewel Zweden door de zachtere lockdown de economische activiteit heeft kunnen voortzetten, blijft de samengestelde PMI-index dicht bij de laagste niveaus die begin 2009 voor het laatst werd gezien. Op dat moment is het BBP met 5-6% gekrompen. Zweden is niet ontsnapt aan een vertraging als gevolg van de weinige beperkingen die het land heeft opgelegd en het feit dat zijn economie zeer open is. Er is echter hoop op een snelle terugkeer naar een bijna-normaal activiteitsniveau (95%) wanneer de strengste maatregelen worden versoepeld. De rest van het herstel zal uiteindelijk afhangen van meerdere factoren, zoals de economische stimulans, het behoud van de productiecapaciteit en gedragsveranderingen bij de economische actoren.